Trijn en Erik uit Drouwenermond: “Eindelijk thuis!”

Vraag aan 100 huurders wat ze het belangrijkste vinden aan een woning – en je krijgt 99 keer het antwoord: “Dat je je er heel erg thuis kunt voelen!” Misschien wel 100 keer. Trijn en Erik waren dat thuisgevoel twee jaar geleden écht even behoorlijk kwijt. Het begon zo: ze wilden wat meer ruimte, meer rust, als het even kan landelijk wonen, met uitzicht op groen. Maar ja, in hun geboorteplaats Emmercompascuum waren ze herhaaldelijk nummer 88 van de 200 op de wachtlijst. Het soort pareltjes onder de huurhuizen waar ze naar op zoek waren, is nu eenmaal dun gezaaid, zelfs in mooi Drenthe. Een heel nare ervaring (een verwoestende brand bij de buren) was de druppel. Totaal niet meer op hun gemak in hetzelfde huis. Het goede nieuws: na wat tijdelijke tussenstations voelen ze zich nu prinsheerlijk thuis aan het Zuiderdiep in Drouwenermond. En dan dat uitzicht!

Trijn herinnert zich het verlossende bericht nog goed. Ze waren voor deze woning kanshebber nummer 4 van de 12. Ineens kwam de melding: aan jullie toegewezen! Erik wist nog van niks. Dat was even schrikken, met een flinke knoop in haar maag van de spanning. Hij kende het gebied bij Stadskanaal met de kaarsrechte straten (aan voormalige kanalen) wel van een ritje op de motor. Om de knoop door te hakken, reden ze er samen langs. Heel mooi! Het huis zelf was door de vorige bewoner wel wat ‘uitgeleefd’. Rare tussenwandjes op gekke plekken, in de achtertuin vier of vijf krakkemikkige schuurtjes, waaronder een soort glazen bushokje dat het unieke uitzicht op de weilanden bedierf. Maar wat een mooie laan was het eigenlijk: oude boerderijen met een enorme beuk in de voortuin, langs de weg honderden oude eiken. Zowel voor als achter een onbelemmerd uitzicht op akkers met bieten of aardappelen. Dat wil zeggen meestal, want “Dit jaar is denk ik het jaar van het gewone gras”. Pas op zo’n 2 kilometer aan de horizon, als je heel goed kijkt, de bomen en de skyline van het langgerekte lintdorp met de langgerekte naam Gasselternijeveenschemond. Hier een 2-onder-1-kap huis op een bijzondere plek met maar drie huurhuizen tussen de koopwoningen. Wat wil je nog meer?!

Het nieuwe huis in Drouwenermond was niet meteen een paradijsje. Erik vertelt: “Eerst hebben we geschilderd en behangen. De huisvlijt van de vorige bewoner eruit gesloopt. Toen we aan het project ‘achtertuin’ begonnen, kwam ik vanwege de oude bouwsels en zelf getimmerde schuurtjes van de vorige bewoner zó vaak bij de vuilstort (bijna dagelijks) dat ze daar dachten dat het mijn beroep was om dingen af te breken! Ik zei: nee, ik ben mijn tuin aan het inrichten! En moet je nu eens kijken. We hebben zelf een gezellige veranda aangelegd, op een lager niveau in de tuin een zonnig terras, versierd met een prachtige vijver en een kabbelend waterornament. Een oase van rust. De hoge schutting aan de achterkant laten we bewust weg, want we genieten enorm van het open uitzicht op de velden. Halverwege de twee lintdorpen staat nog een rijtje windmolens, maar die storen ons eigenlijk niet. Alleen bij een bepaalde windrichting hoor je wat gezoem en ’s nachts zie je bovenop rode lampjes. Het is hier echt heerlijk wonen, lekker buiten en met toch de winkels, de voorzieningen en de bouwmarkt in het centrum van Stadskanaal op maar iets meer dan 2 kilometer rijden. Wij gaan hier voorlopig niet meer weg!”

Altijd al zo handig geweest, Erik? “Ik geloof het wel, het is aangeboren. Als kleuter verbouwde ik mijn driewielertje al. Als tiener maakte ik van een doordeweekse fiets zelf een stoere ‘chopper motor’ met zo’n heel lange voorvork. Ik knutsel al 30 jaar aan brommers en motoren. Echt een leuke hobby! Ik bouw ze ook helemaal zelf; dan koop ik een kaal frame in Amerika en maak alle losse onderdelen zelf, in mijn werkplaats. Ik heb nu net een mooie retromotor gemaakt met een Honda blok, vrij laag en met van die coole white wall banden. Voor een vriend heb ik net een heel oude motor opgeknapt, een Moto Guzzi uit 1971.”

Erik en Trijn laten de verbouwde garage zien. Een strakke tandartspraktijk of operatiekamer is er niks bij, zo netjes en geordend ziet alles eruit. De losse onderdelen voor reparaties liggen keurig op een rijtje onder de lamp op de ‘operatietafel’, de gereedschappen netjes gerangschikt voor het grijpen. Toch verontschuldigt Erik zich: “Sorry, het is een beetje een chaos nu.” Hij bedoelt: er liggen zomaar twee kussens van de tuinstoelen op de grond. Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn.

“Mijn vaste rondje op de motor ben ik kwijt. Dan reed ik van Emmercompascuum naar Bakker Motoren in Nieuw-Weerdinge, onderweg stoppen voor een chocomelletje. Als ik trek had in Ter Apel een frikandel speciaal! Wie doet je wat? Maar dat komt vast en zeker wel weer terug; ik ga de omgeving nog ontdekken! Het belangrijkste is dat Trijn en ik ons weer thuis voelen!”